Begin dit jaar deelden we de oproep van Natuur & Milieu om mee te doen aan het burgeronderzoek “Vang de Watermonsters”. De resultaten van dit onderzoek zijn nu bekend. Hieruit blijkt dat maar zo’n 22% van de kleine wateren in Nederland een goede waterkwaliteit heeft. Tachtig procent van de gemeten wateren scoort matig of slecht. Deze wateren bevatten bijvoorbeeld weinig planten of waterdiertjes, te veel meststoffen of zijn troebel.
Deze nieuwe metingen bevestigen de trend: al voor het vijfde jaar op rij zijn de resultaten uit dit onderzoek vrijwel onveranderd slecht. Het ‘Vang de watermonsters’-project wordt georganiseerd door Natuur & Milieu, het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), de Hoogheemraadschappen van Rijnland en van Schieland en de Krimpenerwaard, ASN Bank en de Nederlandse Waterschapsbank. Zij vragen nu met klem aandacht voor de oplossing van het waterkwaliteitsprobleem: een gezamenlijke aanpak van de bronnen van vervuiling onder de regie van de Rijksoverheid.
Aan ‘Vang de Watermonsters’ werkten dit jaar 772 vrijwilligers mee. Samen ‘bemonsterden’ en bekeken zij ruim 3200 sloten, vennen, kanalen en plassen door heel Nederland. Dit is het grootste aantal metingen sinds de start van het burgeronderzoek. “Dit tekent het waterbewustzijn van de deelnemers, ofwel hun zorg over de waterkwaliteit”, aldus de organisaties. Dit jaar is door de professionele onderzoekers van het NIOO-KNAW vastgesteld dat de burgerwetenschappers ook kleine waterdieren – van schaatsenrijder tot waterkevertjes – goed kunnen onderscheiden, deze tellingen konden worden meegenomen in de bepaling van de ecologische waterkwaliteit. De diversiteit aan waterdiertjes blijkt beperkt. Op 10% van de locaties werden zelfs helemaal geen diertjes gevonden. Het blijkt ook dat de helft van de wateren te veel voedingsstoffen bevat. In een groot deel van de wateren die wel helder zijn, groeien te weinig planten.
Meer informatie over het onderzoek en de resultaten op de website van Natuur en Milieu