Een jaar lang hebben meer dan 200 inwoners van de Rijnmond elke vier weken de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht gemeten met zogeheten Palmes-buisjes. Zo hebben zij waardevolle gegevens verzameld.

Projectleider Peter van Breugel van de Milieudienst Rijnmond (DCMR) is onder de indruk van de betrokkenheid van de deelnemers. “Bijna 200 van de 225 mensen met wie we gestart zijn, hebben elke vier weken een buisje opgestuurd en de metingen een jaar volgehouden. We hebben samen een hoop waardevolle stikstofdioxide maandwaardes opgehaald.” Stikstofdioxide is een maat voor de hoeveelheid uitlaatgassen van verkeer en industrie. Inzicht in die waarden kan bijvoorbeeld helpen bij het voeren van lokaal beleid om de lucht schoner te maken. Positief resultaat is dat de gemeten stikstofdioxide maandwaarden nergens boven de normen komen, al waren sommige deelnemers dichtbij.

Metingen in lijn met modelberekeningen

De meetresultaten zijn vergeleken met modelberekeningen. Voor de meeste locaties was het verschil tussen de metingen en de modelberekeningen klein; het model werkt dus best goed – ook in een industriegebied als de Rijnmond. De paar officiële meetpunten van de DCMR wezen op een kleine onderschatting ten noorden van de Nieuwe Waterweg; deze uitgebreidere meetset bevestigt dat. Voor de plekken waar het verschil tussen metingen en modelberekeningen wat groter was, gaat DCMR kijken of ze de precieze oorzaken kunnen vinden.

Enthousiasme onder deelnemers

Ook de deelnemers hebben veel geleerd over luchtkwaliteit in hun omgeving. Er wordt al gesproken over een vervolgproject. Van Breugel: “Na dit grootschalige project met stikstofdioxide, kijken we nu naar fijnstof, een wens die veel van de huidige deelnemers hadden.”

Het project is opgezet door DCMR Milieudienst Rijnmond, de provincie Zuid-Holland en de gemeenten om het vijftigjarig bestaan van het luchtmeetnet in de Rijnmond te vieren.

De Palmesbuisjes metingen in de Rijnmond zijn te zien op samenmeten.rivm.nl. De rapportage en de presentaties die te zien waren bij de afsluitende sessies en een opname van een van deze sessies, zijn  te vinden op de pagina Zelf meten van DCMR.