Dit is een afbeelding van iemand die een Palmesbuisje vasthoudt.

In 2019 bestond het luchtmeetnet van DCMR Milieudienst Rijnmond 50 jaar jaar. Ter gelegenheid daarvan deelde DCMR een jaar lang elke maand Palmesbuisjes uit aan 239 deelnemers in de hele Rijnmond regio. Dat leverde heel veel metingen van stikstofdioxide op in een relatief klein gebied. Dat gaf onze RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu)-collega’s die bezig zijn met de officiële berekeningen de kans om gedetailleerdere concentratiekaarten te berekenen en te kijken of die klopten met de gemeten waarden.  De resultaten zijn verschenen in het Tijdschrift Lucht.

Voor landelijk gebied gebruikt het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) al burgermetingen met Palmesbuisjes om berekeningen van concentratiekaarten bij te stellen(PDF). In dit nieuwe onderzoek(PDF) verkennen onze RIVM-collega’s hoe ze ook burgermetingen in stedelijk gebied kunnen inzetten voor het maken van betere berekeningen. Daar kunnen ze meer gedetailleerde NO2-concentratiekaarten van maken. Die kaarten kunnen hopelijk helpen bij het inschatten van het effect van beleidsmaatregelen. Of dat echt werkt, wordt in een vervolgonderzoek bekeken. Dit is belangrijk omdat een groot deel van de uitstoot van NO2 in steden plaatsvindt. Vooral verkeer is een belangrijke bron van stikstofdioxide, vandaar dat mensen in de stad, waar doorgaans veel verkeer is, er ook meer aan worden blootgesteld.

Kaart van Rijnmond met geluidmetingen waarbij een resolutie van 1 bij 1 kilometer minder gedetailleerde informatie geeft dan een resolutie van 250 bij 250 meter

Met de hulp van de vele burgermetingen in de regio Rijnmond konden onze collega’s controleren of hun meer gedetailleerde berekeningen klopten, en ze konden ook beter inschatten waar de gemeten concentraties vandaan kwamen. Uiteindelijk hopen we dat dit onderzoek beleidsmakers helpt om de luchtkwaliteit in de stad met de juiste maatregelen te verbeteren. 

Voor 2024 heeft het RIVM plannen om voor enkele gemeenten meer gedetailleerde kaartbeelden te berekenen op een resolutie van 250 bij 250 meter, en te bekijken wat dit aan extra informatie oplevert.